Software is voornamelijk een combinatie van instructies, data of programma's die worden gebruikt om computers te bedienen en specifieke taken uit te voeren. Het is het tegenovergestelde van hardware, wat verwijst naar de fysieke componenten van een computer. Software is een algemene term voor apps, scripts en programma's die op een apparaat verblijven.
Er zijn in feite twee hoofdcategorieën van software: applicaties en systeemsoftware. Een applicatie is software die een specifieke functie biedt of taken uitvoert, terwijl systeemsoftware is ontworpen om de hardware van een computer te besturen en een platform te bieden waarop apps kunnen draaien.
Er zijn veel soorten software, met applicatie- en systeemsoftware als de belangrijkste. Hieronder staan de meest voorkomende soorten.
Dit is het meest voorkomende type software. Het voert een specifieke functie uit voor een gebruiker of, in sommige gevallen, voor een andere app. Een applicatie kan zelfstandig zijn, of het kan een groep programma's zijn die de applicatie voor de gebruiker uitvoeren.
Deze softwareprogramma's zijn ontworpen om de applicaties en hardware van een computer te besturen. Systeemsoftware coördineert de activiteiten en functies van de hardware en software, reguleert de werking van de hardware en biedt een platform waarop alle andere soorten software kunnen werken.
Ook bekend als "device drivers," is deze software vaak te beschouwen als een type systeemsoftware. Het bestuurt de apparaten en randapparatuur die aan een computer zijn verbonden, zodat ze hun specifieke taken kunnen uitvoeren.
Middleware is een type software dat fungeert als een bemiddelaar tussen systeemsoftware en applicaties of tussen twee verschillende applicaties. Het doel is om communicatie en gegevensuitwisseling tussen verschillende softwarecomponenten te vergemakkelijken, vaak in complexe gedistribueerde systemen.
Middleware kan ook extra functionaliteiten bieden, zoals beveiliging, transactiemanagement en berichtservices, waardoor het een essentieel onderdeel is van moderne softwarearchitecturen.
Begrijpen hoe software werkt, houdt in dat je de verschillen tussen applicatiesoftware en systeemsoftware begrijpt.
Applicatiesoftware bestaat uit programma's die specifieke functies uitvoeren voor eindgebruikers, zoals rapporten schrijven en websites navigeren. Deze programma's kunnen niet zelfstandig draaien en hebben het besturingssysteem van een computer, evenals andere ondersteunende systeemsoftwareprogramma's, nodig om te functioneren.
De gebruiker installeert deze applicaties op zijn computer en ze nemen ruimte in op het apparaat. Sommige applicaties vereisen geen internetverbinding, terwijl andere, zoals webapps, dat wel doen. Webapps zijn niet afhankelijk van de hardware of software van de gebruiker en vallen onder de categorie Software as a Service (SaaS).
Systeemsoftware werkt op de achtergrond en behandelt de basisfuncties van de computer. Het is de bemiddelaar tussen computerhardware en applicatiesoftware, waardoor gebruikers hoog niveau applicaties kunnen draaien om specifieke acties uit te voeren.
Gebruikers interageren niet direct met systeemsoftware, die draait wanneer een computersysteem opstart en blijft draaien zolang het systeem aanstaat.
Computer hardware en software zijn van elkaar afhankelijk, en beide zijn noodzakelijk voor een computer om te functioneren. Zonder software is hardware als een leeg canvas dat wacht op verf. In tegenstelling tot dat, is software de ontastbare component die functionaliteit en betekenis aan de hardware geeft.
Er zijn aanzienlijke verschillen tussen hardware en software. Hardware is een fysiek apparaat, zoals een moederbord, terwijl software niet tastbaar is. Hardware kan geen taken uitvoeren zonder software, en software kan geen taken uitvoeren zonder hardware. Bovendien slijt hardware in de loop van de tijd, terwijl software dat niet doet.
Hardware begrijpt alleen machinetalen, maar software neemt invoer aan in voor mensen leesbare talen en zet deze om in machinetalen. Software kan gemakkelijk worden gemaakt, gewijzigd of verwijderd, terwijl het vervangen van hardware meer technische vaardigheden vereist en vaak duurder is.
Software verwijst naar een set instructies of programma's die zijn ontworpen om specifieke taken uit te voeren op een computer of ander elektronisch apparaat.
Er zijn voornamelijk twee soorten software: systeemsoftware en applicatiesoftware. Systeemsoftware omvat besturingssystemen, stuurprogramma's en hulpprogramma's. Applicatiesoftware omvat programma's zoals tekstverwerkers, spreadsheets en games.
Open-source software is software die beschikbaar is voor iedereen om te gebruiken, te wijzigen en te verspreiden. De broncode van open-source software is gratis beschikbaar, waardoor gebruikers deze kunnen aanpassen aan hun behoeften.
Proprietaire software is software die eigendom is van een bedrijf of individu en niet gratis beschikbaar is. Gebruikers moeten een licentie aanschaffen om de software te gebruiken en mogen deze niet wijzigen of verspreiden.